- DenBolle.nl - https://www.denbolle.nl -

Weer thuis ;-)

Raar maar zo voelt het wel op de een of ander manier. Vrijdag ga ik tegen mijn gewoonte in stipt om 1700 uur naar huis. De tassen voor een kort weekendje Denemarken staan klaar en ik eet dan nog even zodat dat onderweg minder dringend of lastig is.
De afgelopen week heb ik twee keer getest welke manier van beladen en vastzetten het beste is, en daar zijn geen bijzonderheden gevonden.

Dus stipt om 1700 uur ren ik de afdeling af en ga de kelder in. Een paar minuten later weet ik alweer waarom ik vaak zoveel later vertrek: de file. Er zijn naast het gewone woon/werk verkeer ook de vakantiegangers op de weg. Brede aanhangers, jengelende kinderen, sjaggie pupers die balend op de achterbank zitten en caravans. Ik schakel de koplamp op de “oprotte, denemarken ganger komt er aan” stand en glij door de file heen. Traag, tergend traag voor mijn gevoel maar dat ik grote onzin. Her en der rijdt de file iets van 40- 50 km/h en rij ik er met ca. 60km/h door heen. Dat loop je niet dus valt het allemaal wel mee.

De Garmin heeft de route al uitgerekend en geef enthousiast aan “Aankomst 00:30 uur”.  Mwah.. Dat bied toch mogelijkheden. De insteek was om in het noorden van Duitsland te stoppen en dan zaterdag ochtend door te rijden. Maar gezien de tijd nu waar nog een dik anderhalf uur bijkomt zou doorrijden een optie zijn.

Eerst naar de Knarren om de tassen en drop op te halen. Hoewel ik er zelf niet op gerust was heeft de Knarrin diverse keren verteld dat het prima was, niets aan de hand en ga nu toch gewoon. Als avond eten zet ze me mooi makkelijk broodjes haring voor. Als ze vraagt of ik er echt geen uitjes bij wil grijns ik “Eh.. stel je dat eens voor, een dikke 7-8 uur je eigen vislucht met ui inademen in een helm.” Ze grijnst “En dan is haring wel goed?” “Ok niet, maar wel lekker.” Wat ik dan niet weet is dat bij Hamburg pas de laatste haring sensatie uit mijn mond zal zijn verdwenen.

De motor wordt opgetuigd en ik schiet makkelijker kleding aan. De motor gestart en gaan. Via allerlei achterafwegen stuurt de Garmin me de naar de A1, waar ik pas ter hoogte van Hengelo op kom. Gezien de eerdere ervaringen waarbij ‘logische’ routes voor de Garmin en mij toch echt anders zijn hou ik gevoelsmatig wat argwaan maar aan de andere kant, ik weet zelf de weg ook niet dus volgen is ook maar de enige optie. De weg is op dat moment al veel rustiger en de hoeveelheid caravans en ander ‘verstorend’ verkeer al een stuk minder.
Dit wordt de eerste keer dat ik in een stuk zoveel kilometers met Gwyneth ga maken. Sterker, gedurende deze rit zal ze de 100.000 km passeren. In gedachten denk ik dat ik haar dan langs de kant zal zetten en er een soort van aanbiddende dans omheen zal maken.

Deze rit geeft mooi de kans om eens wat dingen uit te testen en te ervaren. Snelheid, wendbaarheid, comfort etc.  Een van de dingen die vergeleken met Daphne een verschil zal zijn is de tankinhoud. Daphne gooide ik tijdens dit soort routes om de 180 km een tankstation binnen en Gwyneth meld pas na 450 km dat ze dorst heeft. Met 3x tanken zou ik dus over kunnen zijn.

De snelweg rijd heerlijk, zelfs als ik door een forse bui wordt ingehaald en alles om me heen in een dikke mist met druppels veranderd.

Een van de leuke dingen bij dit soort routes vind ik de aanwijzingen van de Garmin. Normaal zie je “over 10 km, links, verwachte aankomst op kruising over 5 min”  waar die nu veranderen in “Over 149km links, verwachte aankomst op kruising over 1:23 uur”  En dit is een van de lagere, het record stond op 289km. Dan weet je dus dat je gewoon de aankomende 3 uur op deze weg zit.

Tijd dus om een lekker om je heen te kijken, en bij de delen met de wegwerkzaamheden eens te geinen met andere weg gebruikers.
Een blikje met postpuperale meiden zitten te geinen en als ze de camera in de gaten krijgen worden ze helemaal enthousiast. Of ie het op dat moment nog doet weet ik niet. De instellingen geven een batterij duur van ca. 3 uur en geen idee of ie nog aanstaat. De schakelaar staat aan maar ik heb geen idee of ie het nog doet. Da’s eigenlijk het enige nadeel aan die helmcam, er zou een best dikkere batterij in mogen.

Een van de ‘psychologische grenzen’ is de Elbe tunnel. Gevoelsmatig ben ik er dan bijna. Wat trouwens grote onzin is, de rest van de rit is dan nog iets van 450 km.
Een uurtje voor de Elbe tunnel tot de Deense grens gaat de snelheid omhoog. Waar ie eerder nog zo rond de 120-130km/h lag is ie nu al een tijdje rond de 150 km/h en bij vlagen nog hoger. En dan ben ik nog een middenmotor, ik wordt door diverse (duitse) merken vol overgave laagvliegend ingehaald. Een ding wat wel opvalt zijn de duitse motorrijders. Allemaal rijden ze stuk voor stuk langzamer, max. 110-120 km/h. Zou dat met het maximale motorvolume te maken hebben wat je in duitsland mag rijden?

Ruim 100 km voor de deense grens (omstreeks 2300 uur) tanken en eens overleggen. Doorrijden of slaapplek zoeken?
Overleg met de gastvrouw. Doorrijden en aankomen rond 0230 uur is geen probleem. Ik sms m’n broer dat alles in orde is en check meteen of de dataroaming die we hadden uitgeschakeld ook echt is uitgeschakeld. Bij eerdere afspraken bleek dat onze collega’s ook buiten Nederland een beroep op de data-aansluiting van de telecom leverancier konden doen met een bijbehorend kosten plaatje.

[1]

Om 3 uur 's nachts, nog steeds schemering

Met de krasse knarren had ik afgesproken om te sms’en als ik was gaan overnachten. Aangezien dat niet nu gebeurd sms ik nog niet en maak een kleine fout. Ik bepaal dat ik dat later ga doen. Het is nu juni en ik rij naar het noorden, waar de langste dag echt een dag is. Al een dikke 200 km rij ik met een heldere schemering voor me. En daardoor heb ik geen enkel benul dat het steeds later wordt. Als zwart/wit denkende Nederlander “Schemering, dus het is nog niet zo laat“. Als ik dat wel zie op een van de klokken dan gooi ik de motor een parkeerplaats op en sms alsnog.

En dan ineens.. de Deense grens. Omdat er laatst wat berichtgeving was over hernieuwde controles gaat de gang er uit in de veronderstelling douaniers te zien, maar dat is allemaal niet het geval.

Ik blijf verliefd op dat land. Wanneer ik er ook ben, in wat voor omstandigheid.. Het voelt op de een of andere manier als thuis.
Al vrij snel duikt de snelheid naar beneden. Her en der mag je 130 en meestal 110 en zo veranderd het vliegen over de snelwegen in zoeven. Rustig deinend haal ik auto’s in die waar 130 gereden mag worden nog steeds 100 of 110 rijden. Er ruimte, rust en men geef elkaar de mogelijkheid om normaal te rijden.
De temperatuur zakt nu aanzienlijk en door het lange zitten tintelt her en der wat, zit ik minder prettig en merk ik dat de spieren in de rug wat beginnen te protesteren.
Zodra ik langs een gebied rij waar veel water is merk ik dat meteen. Er is even wat mist en dan gaat de temperatuur weer omhoog. Dat blijft even zo en dan weer mist, en weer kou. Het wordt naarmate ik verder rij steeds kouder. De muziek speelt steeds door en hoewel ik dat ding op random play heb staan heb ik sinds ik over de grens ben gegaan al 3 Deense nummers gehoord, maar dat zal wel inbeelding zijn.

Omstreeks een uur of één nog een keer tanken. Normaal maak ik gebruik van die onbemande stations (dat scheelt tijd met omkleden en verminderd de kans op taalfouten) rij ik nu een tankstation binnen waar ze ook onbemande tanks hebben. Alleen net nu doen die het niet. Je kan tanken maar toch binnen afrekenen. Gewoon doen, ik zie wel waar het schip strand.
Tanken, geinen met die twee Zweedse meiden, helm af, en achter de Zweedse meiden naar de kassa. Daar aangekomen leg ik uit dat ik geen Deens spreek “Jeg taler ikke dansk, tank 3” De pas er in, en als ik lees dat de kaart er uit mag trek ik die er uit. “Ah, mange tak! “(dank je wel) en ik draai me om. Daarbij loop ik een vent onderste boven en ik zeg “Unskyld” (Sorry)  Tata.. alle deens wat ik ken in een keer gebruikt. De kassier vraag verbaasd in het engels “You didn’t speak danish? ” “No, all the danish I know was this. sorry ” Grijnzend loop ik naar buiten waar de Zweedsen ook nog staan. Opgetuigd rij ik verder en zit even te hannessen om alles weer lekker te laten zitten. Dit is toch wel fors zo ineens op de motor in de kou die ik niet verwachtte.
Dan blijken de Zweedsen een soort van reisgenoten te zijn. De aankomende 200km tot de tol-poortjes bij de brug rijden we over en weer, en elkaar de gelegenheid gevend om achter vrachtwagens en trager verkeer weg te komen.

De laatste 40 km. gaan vlug en ik draai de snelweg af richting Havdrup. Van de snelweg wordt het wat donkerder (maar niet volledig want zelfs om 0230 uur) is het nog steeds schemerig.
Na een kort stukje over een landweg het dorpje. De weg is niet helemaal duidelijk maar na een keer keren ben ik er en achter in het hofje is de inrit naar de garage van mijn gastvrouw. De lampen staan aan zodat ik in een keer de motor kan goed zetten. Na bijna 900 km stap ik nu voor meer dan 10 minuten af. Ik ben reuze tevreden over Gwyneth, wat een heerlijke griet voor dit soort trips.

De motor tuig ik af terwijl zij me hartelijk begroet. Even een korte douche, een koud biertje en slapen. Eindelijk, dit was toch wel een lange dag zo geweest. It’s great to be back !

De route : (klikken voor groter)

[2]

't is even zitten maar dan ben je d'r ook