- DenBolle.nl - https://www.denbolle.nl -

Oslo, maandag en dinsdag.

Maandag mooi op tijd opgestaan. Ik moet met het OV en met mijn conditie lopen, het zo maar zo eens langer kunnen duren dan ik verwacht heb.
Maar dat valt reuze mee. Het ontbijt is prima hier, met uiteraard zalm! Veel verse producten maar ook weer die vetarme melk.
Wat trouwens wel makkelijk is: je kan hier onbeperkt verse koffie scoren. Gewoon in de hal, geen probleem.
Na het ontbijt lopen naar de tram en met de tram op weg. De haltes worden netjes aangegeven, maar ik zit er als de typische IT nerd bij. Overhemd, spijkerbroek, rugzakje, briefje van mama waar ik er uit moet in de hand. Eigenlijk ben ik voor een eventuele zakkenroller of andere snelle crimineel een sitting duck.

[1]

Universiteit van Oslo

Op de juiste halte er uit en lopen maar. Schitterende omgeving, het Sciencepark in Oslo, vlak bij de universiteit. Het is echt vakantie, want je ziet niet zoveel mensen aan het werk. Dat blijkt ook bij ons bedrijf want de receptie (die met een ziekenhuisafdeling gedeeld wordt) is leeg. Een bordje waarop staat dat in verband met vakantie je je eigen pas maar moet printen, en links op de desk staat een inlog scherm.
Typische vrijjheid hier.

Dan bij aankomst bellen met mijn opvang die er even later ook aankomt. Na de gebruikelijk handen schudderij aan de slag. Rondje gebouw, anderen voorstellen en aan de slag.  Als snel wordt ik helemaal in beslag genomen door mijn werk. De insteek is ook om aanwezig te zijn, maar me te richten op de zaken die ik in Nederland ook onderhanden heb. En zo ben ik een een bijna leeg gebouw al snel de enige die nog aan het werk is. Gelukkig heb ik een pas waarmee ik als laatste het gebouw uit kan en als ik weer naar buiten ga om vijf uur is het net even droog.

[2]

Kantoor

[3]

Iets groter kantoor, verschil moet er zijn 😉

[4]

Koffiecorner / keuken. Nee is geen bierpomp

Aangekomen op het centrale station merk ik dat ik toch best vermoeid ben van zo’n eerste dag, die eigenlijk een vervolg is op al twee dagen zaken regelen. Daarom slenter ik  naar het hotel en kijk eens goed om me heen.
Tijdens dat slenteren valt me ineens op dat ik relatief veel zwervers, bedelaars en junks zie. Dat was me in Zweden of Denemarken niet zo opgevallen, terwijl ik in Kopenhagen toch ook wel rond gelopen heb en om me heen heb gekeken. Ik ben er nog niet over uit of dit iets Noors is of omdat ik nu met de metro ga meer rondhang in het ‘natuurlijk verblijfs’ gebied van deze mensen. Bij een wat groezelig portiekje zie ik een hele stapel schone injectiespuiten liggen die als ik er 10 minuten later langs loop weg zijn.

’s Avonds kijk ik nog even op youtube een machtig mooie documentaire over hoe de wereld er uit zou zien als de mensheid er ineens niet meer zou zijn, en lig al snel te ronken in mijn nest hier.

Duurt ongeveer 1,5 uur, maar is wel de moeite waard.

Dinsdag start ik later op kantoor maar werk eerst uit het hotel. Daardoor zie ik als ik rond 1200 uur naar het station loop dat het toch wat drukker is. Veel toeristen en schijnbaar moet ik langs een halte lopen waar de IKEA bezoekers kunnen opstappen. Gisteren viel me al op dat er hele volksstammen met die blauwe zakken kwamen aanlopen, maar ik kon in geen velden of wegen die IKEA vinden.
Op kantoor eerst puin ruimen, een backup spartelde tegen.

Dan verder met een mooie klus. We gaan een DR (Disaster recovery) test uitvoeren.  Stel ons kantoor in Nederland is kapot, antrax, atoombom, die verrekte DE koffie automaat die eindelijk de geest geeft. Kunnen we in X uur weer een werkende oplossing hebben? Mooi om te testen want deze test raakt de werkelijk aan, en is het niet helemaal. Dat is dan gelegen in het feit dat de geëxplodeerde servers die in ons project nog steeds draaien naast de recovery systemen in de UK moeten werken. Veel regelwerk om een net echt situatie te krijgen. En dan weer dikke schik: werken in Noorwegen aan een ramp in Nederland, die door Polen wordt ondersteund, door Engeland wordt gebouwd en door Nederland, polen en Engeland moet worden gemonitord. Dit zijn de zaken waarom het zo leuk is om voor een internationaal bedrijf te werken.

En zoals altijd, in een vloek en een zucht is het weer vijf uur, weer de laatste. Als ik naar buiten loop is het eindelijk minder regenachtig. Sterker, de zon komt wat lafjes door. Ik had mijn collega aan de lijn vanmorgen en die zat in het noorden van Noorwegen, en had schitterend weer, waar zij normaal nu minder weer zouden hebben. Daar bleek trouwens een best verschil van interpretatie. Ik vertelde over de klim die ik moet maken als ik vanuit de metro naar kantoor ga. Semi objectief klim je iets van 100 meter schat ik. Door gras met gravel en wat paadjes. Schitterend maar wel klimmen volgens mij. Dus ik zit daar over te vertellen en dat ik wel trots ben dat die klapkuiten van mij dat trekken. Hij valt stil en luisterd.  Dan zegt ie dat het niet begrijpt, op welk station stap ik dan in vredesnaam uit? Ik noem het station en hij is stil. Nee, dat kan niet, dat is vlak vanaf daar. Nog eens. Na wat geharrewar blijken we allebeide het zelfde station te hebben en ik klim een berg(je) op en hij loopt in een rechte lijn naar z’n kantoor. Hij zou eens in Nederland moeten komen.

Als ik ’s avond terug loop maak ik even gebruik van de mogelijkheid om de omgeving te fotograferen.  En weer valt me op dat het in de nordics allemaal veel rustiger is, ook wat betreft gebouwen en werk omgeving.

[5] [6]
[7] [8]

 

En stiekem bevalt dat lopen als nerdje met z’n rugzakje en buik naar voren wel.
Tijd om de knarren in te seinen dat ik het hier ondanks het mindere weer best naar m’n zin heb. Tijdens de rit wordt ik gecontroleerd op mijn vervoers bewijs en handel ik dat in het Engels af. Dan is mijn station waar ik er uit moet en drukt de controleur alvast op de deur-open – knop als ik er aankom. Als ik ‘m in noors bedank (‘Tusen Tak‘) zegt hij ‘Alsjeblieft‘. Ik kijk ‘m vragend aan. ‘Nederlands‘ vraagt hij ‘Ja’ Hij lacht en zegt ‘Doei!‘ en grijnst. “Your dutch is way better than my norwegian‘ knipoog ik ‘m toe.

Boven loop ik naar de winkel om mijn avond eten te halen. Weer wat makkelijks maar nu veel vers fruit.  Buiten de winkel loop ik een vent bijna omver die wat wazig uit zijn ogen kijkt en ondertussen tussen zijn vingers een doekje drukt. Ah, een junk die net gespoten heeft. Ik blijf me er over verbazen dat ik ze hier zoveel meer zie, en dat terwijl er toch regelmatig veel politie op straat is.