- DenBolle.nl - https://www.denbolle.nl -

Ik voel het lopen…

Zij.

Twijfelend staat ze bij de achterdeur. In de deur zit een sleutel en de deur is eigenlijk niet op slot. Als ze de deur openmaakt is er in de gang niemand. Het hele gebouw maakt een verlaten indruk. Gelukkig kent ze de weg en als ze de trap oploopt komt ze in de gang die leid naar de kamer van de vent die ze zoekt.
Als ze voor zijn deur staat ontdekt ze dat ze niet alleen is. Uit de badkamer komt gestommel. Ze hoort ook stemmen. Na wat luisteren ontdekt ze de stemmen van twee mannen. Zo te horen zijn ze samen in de badkamer.
Voorzichtig klopt ze op de deur maar het kloppen wordt niet gehoord.
Dan ineens hoort ze een verbaasde uitroep ‘Hij doet het!’ Dan wat geschuifel en een soort van gesteun. ‘Ja, dat lijkt er op, ga eens door.’ Dan wat gemompel en ineens ‘Hell,yeah, geen idee. Maar dit voelt goed!’ gevolgd door ‘Ben blij dat je me helpt.’ ‘Moment hij wil er niet in, ik doe dit ook niet elke dag. ‘ Dan weer geschuifel en wat gesteun gevolgd door een korte vloek. ‘Kut, het loopt. ‘ De andere stem ineens teleurgesteld ‘Ah nee, klote zooi’ gevolgd door ‘Hebbes, hij blijft er in!’ en de andere stem ‘Toch loopt het hoor.’

Met een vertrokken gezicht voelt ze zich ineens een indringer en loopt ze door naar de deur van de vent waar ze voor kwam maar die er niet is. Verlegen klopt ze in de hoop dat de deur open gaat terwijl achter haar door de badkamer deur een zware stem steunt ‘Kom, erboven op, wat is dat zwaar zeg.’ en de andere stem ‘Zit ie er nog in?’

Na een dreun vallen de beide stemmen stil. De deur wordt opengerukt en het licht schijnt de gang in, over haar heen. In de deur opening staat een lange wat magere vent met het hoofd scheef en een kortere dikkere vent. ‘Ah, en wie ben jij?’ ‘eeeh..’ klinkt ze zenuwachtig en verschrikt. ‘Ik ben [Y], ik kom voor [X] .. ‘ Schuddend met het hoofd zegt de lange vent ‘Die is er niet, we kunnen doorgeven dat je bent geweest ?’ Betrapt voelend over hoe dan binnen is gekomen mompelt ze over ‘Ja, enneh slot, zat de sleutel nog in. Zo kon ik doorlopen.’ De korte dikkerd zegt ‘Ah ja, klopt slot is vernaggeld die wordt nog gerepareerd.’ Zich geen houding wetend te geven sluipt ze nerveus weg. Als ze de trap afgaat rent ze bijna, en buiten is ze blij om dat huis achter zich te laten.

Hij.

[1]

Steve - super aap met humor.

Liggend op de bank lachend om de aap Steve [2] uit ‘Cloudy with a chance of meatballs’ [3]wordt er op de deur geklopt. Kopschuddend staat B. de pianist in de deur. ‘Eh, sorry, maar ik heb een probleem boven, zou je me kunnen helpen?’ ‘Tuurlijk, wat is er aan de hand?’
B. legt uit dat de stortbak van de wc niet werkt, al even niet trouwens. Daar kwam ie als blinde net wat ongelukkig achter. Met zijn tweeën gaan we naar boven in de badkamer. De stortbak loopt niet vol, of niet vol genoeg. De zware stenen deksel is van de stortbak afgehaald en we gaan aan de klus. Althans, ik steek de klauwen in de natte en koude bak, B. staat aanmoedigend achter me ‘mee te kijken’.
Ik fröbel wat aan de stortbuis en kleppen en stellage die er boven staat. Dan loopt ineens de bak vol en lijkt het probleem opgelost. De bak laten we vol lopen en dan spoelen we een keer door. B. mompelt opgelucht ‘Mooi dan is de bolus ten minste weg.’ De bak blijft vollopend toch leeg. Ik frummel aan de rubbers in de strortbak en probeer de geleider zo te draaien dat ie als de bak leeg is de klep afsluit. De bak loopt weer vol en we spoelen weer door. Nadat de bak leeg is loopt ie weer vol, nu zoals het hoort. ‘Hij doet het!’ roept B. Ik hou de bak en het volume in de gaten. De zware deksel schuif ik weg omdat die hopeloos in de weg ligt.

De bak is bijna vol ‘Ja dat lijkt er meer op, ga eens door?’zegt B aanmoedigend. Ik vinger onderwater de rubberenrand om te voelen wat die nu doet. B. kan me niet verstaan en vraagt mompelend wat ik doe. De afsluiter slaat netjes af. ‘Hell yeah, geen idee, maar dit voelt goed. ‘ De bak is vol en alles lijkt te werken zoals het hoort. B. staat wat gegeneerd achter me ‘Ik ben blij dat je me helpt’ Als ik wil antwoorden schiet de stellage los en loopt het water zachtjes weg. ‘Moment, hij wil er niet in, ik doe dit ook niet elke dag.’ zeg ik terwijl ik de stang weer in fatsoen druk. B. loopt om me heen en ik wil testen of het goed gaat en druk nog eens op de stang die nou toch echt moet gaan doen wat ik wil. Het ding spring weg en het water loopt weer weg ‘Kut, het loopt’ constateerd B. met een verbijsterend opmerkingsvermogen, ik vloek er overheen met ‘Ah nee, klotezooi.’ Dan schiet de stang goed en blijft ie zitten ‘Hebbes, hij blijft er in.’ Onder me rochelt het water de pot in. ‘Toch loopt het hoor.’ zegt B. Ik gok dat dat lekwater is en dat het wel goed komt. Ik pak de zware stenen deksel van de stortbak en til die op de stortbak. ‘Kom, d’r boven op, wat is dat zwaar zeg.’ De knop van de spoelbak floept er uit en ik morrel ‘m er weer in. ‘Zit ie er nog in?’ vraagt B. De deksel klapt op de stort bak en alles lijkt ineens zoals het hoort. Ik hoor kloppen en we lopen naar de badkamer deur.
In de gang staat een verlegen meid / vrouw. B. staat naast me in de deur opening. ‘Ah, en wie ben jij?’ vraagt B. onverstoorbaar de verkeerde kant opkijkend. Haar verlegen ‘Eeh, ik ben [Y] en ik kom voor [X].’ wordt kordaat beantwoord door B. ‘Die is er niet, we kunnen doorgeven dat je bent geweest?’ ‘Ja, enneh slot, zat de sleutel nog in. Zo kon ik doorlopen.’ Oh ja dat is ook zo realiseer ik me, de andere B. (huisbaas) zou dat inderdaad nog repareren. ‘Ah ja, klopt slot is vernaggeld die wordt nog gerepareerd.’ zeg ik tegen haar.
Als een geslagen kat sluipt ze langs ons heen en gaat naar de trap waar ze bijna op lijkt te rennen.
‘Maf mokkel’ zeg ik als ik weer de badkamer uitloop. B. gaat de zojuist gerepareerde wc nog eens gebruiken, tijd voor mij om de film af te kijken.